In April was ik weer eens in Staphorst. Het was ruim een jaar geleden dat ik voet op Nederlandse bodem had gezet. Voor ons westerlingen is dat vrij ongebruikelijk dat we onze familie zo’n lange tijd niet zien, maar voor Tanzanianen is dit heel normaal.
Van mijn collega’s bij Tanga Fresh woont het merendeel van hun familie in een andere stad of dorp. Ze zien hun familie of ouders jaren niet vanwege de afstand en/of het gebrek aan geld of tijd om te reizen. Gebrek aan tijd omdat in Tanzania je eerst ergens een jaar gewerkt moet hebben voordat je vrije dagen mag opnemen.
Ook komt het veel voor dat de vader niet bij het gezin woont vanwege zijn werk elders of kinderen gaan naar een school in een stad 700 km verderop. Ze wonen bij familieleden of gaan naar een kostschool. Als ze geluk hebben, gaan ze jaarlijks naar huis. Mijn collega’s dochtertje wordt door haar moeder opgevoed in Tanga. Zij ziet haar dochter maar enkele keren per jaar.
De relatie met de familie is totaal anders dan bij ons. Neven en nichten worden ook als broers en zussen gezien waardoor er een grote familie is om voor te zorgen. Vooral degene die geld heeft, heeft het zwaar te verduren, want iedereen verwacht iets van je.
Gelukkig is door de komst van de mobiele telefoon het veel eenvoudiger geworden om contact te onderhouden met het thuisfront. Ook het ondersteunen van familie is makkelijker en veiliger geworden door het sturen van een beltegoed via de mobiele telefoon. Ik kan met mijn telefoon beltegoed overmaken naar iemand in bijvoorbeeld Masasi. Die persoon verkoopt dan het tegoed kan het tegen betaling op die manier in geld omzetten.
Het was goed om weer in Nederland te zijn en iedereen weer te zien. Maar het viel niet mee om de kou te verdragen, want na twee jaar warmte is mijn lichaam daar inmiddels aardig aan gewend.
Toen ik terug kwam in Dar es Salaam en mijn auto zag, moest ik wel even slikken, want de stoelen waren totaal verschimmeld na twee weken regen. Dat had wel een paar sopjes nodig. Uiteraard wilde de auto ook niet starten. Deze problemen zijn inmiddels opgelost en ik rij weer vrolijk toeterend rond in Dar es Salaam.